Ziekenhuislocaties

Reactie in kader artikel 3.1.1. Bro. Voorontwerp bestemmingsplan Ligplaatsen Woonboten, 5 augustus 2010

  1. Voor wat betreft het werkingsgebied van het plan:
    1. Waarom zijn de tuinen van de Schans bij de woonboten niet gelijk meegnomen in dit specifiek voor de woonschepen gemaakte bestemmingsplan? Zeker gezien de nieuwe wet op de Ruimtelijke Ordening zou het geen probleem moeten zijn om ook deze tuinen in dit kleine bestemmingsplan vast te leggen. Hiermee wordt ook hiervoor rechtszekerheid geboden en kan het voor de woonschepen in één keer goed geregeld worden.
  2. Voor wat betreft de toelichting:
    1. Waarom moeten alle bewoners met naam worden genoemd in de inleiding van de toelichting? Het zou zorgvuldiger zijn indien het staatje bij “de huidige feitelijke situatie van de woonboten” geanonimiseerd zou worden. Het noemen van de namen van de betrokkenen is niet relevant voor het bestemmingsplan en is niet gewenst.
  3. Voor wat betreft de bestemmingsplankaart en de bestemmingen:
    1. De gehele oever aan de Havenweg heeft niet één dubbelbestemming, maar 2 dubbelbestemmingen, nl:
      - Verkeers/verblijfsgebied en Waterstaat/waterkering
      - Verkeers/verblijfsgebied en Waarde archeologie
      We vragen ons af of dat kan. Het wordt hiermee onduidelijk welke regels wanneer gaan gelden.
      Verder wordt gevreesd, dat door met name de tweede dubbelbestemming, de woonschippers bij de Havenweg geconfronteerd gaan worden met allerlei extra eisen, die niet alleen bij de inrichting behoorlijk vertragend kunnen gaan werken, maar voor de gebruikers ook in de toekomst belemmerend kunnen werken. Ook is onduidelijk wat de archeologische waarde van dat stukje kade is, hierop graag een nadere toelichting. In de Toelichting wordt niet duidelijk waarom voor de oever aan de Havenweg de dubbelbestemming Waarde archeologie noodzakelijk is. En dat lijkt wel gewenst/noodzakelijk alvorens een dubbelbestemming wordt toegekend.
    2. Afgesproken is in het door de Raad bekrachtigde plan Moens dat het stukje van de Havenweg - wat haaks op het water staat (tegen het oude OK-terrein) - ingericht wordt voor 6 extra bergingen. Het is nu onduidelijk of dit met de huidige dubbelbestemmingen nog wel mogelijk is, ook gezien de wat beperkte bestemmingsomschrijving in Hoofdstuk 2, artikel 1.1 onder g. We denken dat de bestemmingsomschrijving onder g. moet worden aangepast met betrekking tot die extra bergingen.
    3. Ook is het voor het stukje Havenweg haaks op het water is het onduidelijk waarom hier de dubbelbestemming waterstaat/waterkering wordt toegekend. .
  4. Voor wat betreft de bestemmingsplanregels
    1. De omschrijving onder hoofdstuk 1, artikel 1 onder 26 voor het begrip ligplaats is cryptisch en roept dus een aantal vragen op.
      - door wie of wat wordt die ligplaats aangewezen? Door dit bestemmingsplan? Door een aanwijzingsbesluit van B en W op basis van de APV? Door de omstreden en nog niet aangenomen Verordening Openbaar Water Amersfoort?
      - wordt hiermee de ligplaats voor 1 woonschip bedoeld? Of het stuk water aan de Havenweg en Schans waar meerdere schepen liggen?
      Het lijkt dat hiermee de ligplaats voor 1 woonschip wordt bedoeld, met de afmetingen zoals in het plan Moens zijn omschreven, dus lengte schip zoals per bewoner maximaal is afgesproken +5 meter (de tussenruimte tussen de schepen). Graag een betere omschrijving.
    2. In artikel 2.1 wordt de bestemmingsplanomschrijving voor het water gegeven. Hier wordt daar onder f melding gemaakt van floatlands tussen de woonschepen. Voor zover ons bekend is dit in strijd met de afspraken zoals die gemaakt zijn. De ruimte tussen de woonschepen zou gebruikt mogen worden door de woonschipbewoners voor bijvoorbeeld bijboten. Hierop dus graag verduidelijking
    3. In artikel 2.3 worden onder b de maximale afmetingen voor de woonschepen omschreven. Onder b.3 wordt de maximale breedte op 6.00 meter gesteld. Ook dit is in strijd met de afspraken die gemaakt zijn. Plan Moens hanteert een breedte van 6.5 meter voor de woonschepen en zo is het ook door de raad bekrachtigd. Graag hierop een aanpassing.
    4. In artikel 2.3 onder b.4 wordt gesteld dat de maximale hoogte van de woonschepen 4 meter zou mogen zijn. Dit is echter niet conform de afspraken. Afgesproken is in de onderlinge overleggen (zie ook het verslag van 15 maart 2010) is dat de “goothoogte”van een woonschip of een ark maximaal 4 meter zou bedragen en niet zoals nu omschreven de maximale hoogte. Graag hierop dus een aanpassing.

We verzoeken u het Voorontwerp Bestemmingsplan aan te passen met de door ons gemaakte opmerkingen.