uitbreiding MER Dierenpark, 18-7-2002
Aan het college van Burgemeester en wethouders
Amersfoort, 18-7-2002
Onderwerp: uitbreiding MER Dierenpark
Geacht college,
De Samenwerkende Groeperingen Leefbaar Amersfoort (SGLA) wil ook schriftelijk een reactie geven op de Milieueffectenrapportage uitbreiding Dierenpark Amersfoort.
Als eerste, om maar direct met een open deur te beginnen: elke keus van het Dierenpark om uit te breiden of meer mensen te willen aantrekken, tast de natuur aan. Dat geeft direct het dilemma aan bij de beoordeling tbv de uitbreiding en intensivering van het bedrijf Dierenpark Amersfoort.
De SGLA zag uiteraard het liefst geen verdere aantasting van het bos, maar vindt ook dat het Dierenpark zo bij Amersfoort hoort, dat een discussie over een mogelijke uitbreiding niet uit de weggegaan kan worden gegaan.. De SGLA betreurt het dat de gevolgen van een intensieve inbreiding t.o.v. een extensieve uitbreiding voor de natuurwaarde geen onderdeel van deze MER uitmaken.
Het park ligt midden in "het bos" of anders gezegd maakt deel uit van een groter natuurgebied, een gebied dat zelfs op onderdelen deel uitmaakt van de Ecologische Hoofdstructuur. Dat geeft al aan dat het hier om een waardevol gebied gaat en zorgvuldige afweging een nog groter noodzaak is.
Het proces is ons als SGLA niet helemaal duidelijk, want hoewel de intensieve inbreiding doordat zij meer bezoekers zal aan te trekken tot gevolg heeft dat de vrijwillige MER veranderde in een verplichte MER, maakt deze inbreiding geen deel uit van het gevraagde advies en dus opgestelde richtlijnen. Wij hebben daar wel voor gepleit, maar dat werd helaas buiten de orde geplaatst.
De intensieve inbreiding wordt zelfs ter geruststelling gebruikt om een uitbreiding met extensief gebruik te rechtvaardigen. Als of intensief gebruik binnen de hekken de natuur meer goed zal doen dan de voorgestane extensieve uitbreiding.
De SGLA blijft ondanks deze milieueffecten studie nog steeds met de vraag in hoeverre deze inbreiding misschien wellicht schadelijker is voor de natuurwaarde dan de uitbreidingsplannen met een extensieve invulling.
Een grote omissie voor het maken van een keus voor een uitbreidingsrichting is het feit dat deze keus geen onderdeel uitmaakt van een integrale afweging en het zicht op een integraal plan ook nog ontbreekt. Integrale planvorming is hier niet alleen van belang omdat anders mogelijkheden geblokkeerd worden, die niet geblokkeerd hadden mogen worden, maar ook omdat het hier om een Ecologische Hoofdstructuur gaat, inmiddels gewoon vermorst.
Dergelijke vragen eerst beantwoord willen zien alvorens het Dierenpark antwoord krijgt, zou t.o.v. Het Dierenpark als bedrijf ondertussen onbehoorlijk worden, gezien de lange tijd die inmiddels verstreken is tussen het willen uitbreiden en hierop een duidelijk antwoord krijgen. Wij zijn ons hier zeer van bewust.
Wij zullen ons in onze reactie verder beperken tot een beoordeling of voldaan is aan het advies voor richtlijnen tbv het milieueffectrapport en of het Masterplan hierop het juiste antwoord is.
Het onderzoek
De manier waarop dit onderzoek heeft plaats gevonden is voor de SGLA een voorbeeld hoe het ook kan: uitgebreid en inzichtelijk.
Er is globaal gezegd, advies gevraagd om een drietal uitbreidingszones te bekijken, aandacht te besteden aan een aantal aspecten omtrent de inrichting, de wijze waarop er ingespeeld wordt op de in de structuurvisie voor dit gebied gewenste verkeersontwikkelingen, parkeeroplossingen, activiteiten/bestemmingen, enz.
Bij het opstellen van een advies t.b.v. de op te stellen richtlijnen, stelt de Commissie dat er geen reëel alternatief is en dat volstaan kan worden met een beschrijving van de ingang gezette ontwikkelingen. (nulaternatief blz. 6 nora 1 nvo.2001)
Uitkomsten in het kort
Een zogenaamd nulalternatief is een opsomming van de ingang gezette ontwikkelingen, zonder dat hier milieueffecten in meegenomen worden. In deze wordt zelfs opgemerkt dat omdat de gemeente Amersfoort een tracé en maatregelen nog verder gaat onderzoeken en hierover nadere besluitvorming nodig is, de effecten ook niet zijn aan te geven. Verder merkt de Commissie op dat zonder uitbreiding van het Dierenpark het bezoekersaantal van het Dierenpark op termijn zal stagneren en stilstand achteruitgang betekent. Als nulvariant toch een vreemde onderbouwing waar het hier om een milieueffectenrapportage gaat.
Positief vinden wij het feit dat geen parkeervoorziening zal worden gerealiseerd in de NS-vork vanwege de (potentiële) natuurwaarde, er geen rechte dienstweg komt, maar een die op een natuurlijke manier meandert (dit los, van het ruimtebeslag zelf) en het gaan inzetten van aangepaste voertuigen.
Ipv 3 uitbreidingszones is ook het oostelijk gedeelte op de huidige parkeerplaats in het onderzoek betrokken.
Duidelijk is dat parkeren hoe dan ook problematisch blijft.
Bij het nog eens kritisch doorlezen of aan alle adviezen voor richtlijnen is voldaan, mist de SGLA in het Milieueffectenrapport een aantal antwoorden die tevens van belang zijn voor de oordeelsvorming zelf en al eerder door ons genoemd: de verkeerssituatie in dit gebied.
Structuurvisie
De structuurvisie gemaakt voor dit gebied wekt de suggestie van een integrale visie. Bewust wordt hier gesproken van suggestie, omdat de wegenstructuur in dit gebied nog een groot vraagteken is en Birkhoven-Noord hier ook buiten valt.De vraag die wij dan ook hebben, is in hoeverre een uitbreidingskeus voor het Dierenpark verkeersoplossingen blokkeren of in de weg staan. Zolang op deze vraag geen antwoord kan worden gegeven, betekent dit dat ook niet voldaan is aan het advies voor richtlijnen aangaande deze MER.
Op bladzijde 3 van het advies voor richtlijnen voor het MER uitbreiding Dierenpark staat dat beschreven dient te worden op welke wijze er ingespeeld wordt op de in de Structuurvisie gemeente Amersfoort overige geschetste gewenste ontwikkelingen voor het gebied, m.n. ten aanzien van het verleggen van de Barchman Wuytierslaan, de Westtangent of –radialen en initiatieven voor het oplossen van de parkeerproblemen in Birkhoven en de handhaving van het fietspad ten zuiden van de voorziene uitbreiding. Aan deze richtlijn is niet voldaan, hetgeen in de toekomst tot problemen kan leiden.
Er is nog geen enkel zicht op deze geschetste gewenste ontwikkelingen, zoals verwoord in het opgestelde advies voor richtlijnen. Als het antwoord gevonden moet worden de mededeling dat er nog geen uitspraken te doen zijn over de ligging van een tracé of dat er nog deelonderzoeken komen, is dit volstrekt onvoldoende.
Uitbreidingen aan de zuidkant kunnen wel degelijk een verkeersoplossing blokkeren.
Parkeren
Het parkeerprobleem en dan m.n. het piekparkeren blijft moeilijk en lijkt vooral pas op de heel lange termijn oplosbaar. De Middelhoefseweg is niet alleen voor het Dierenpark een essentieel onderdeel van de oplossing maar ook voor andere activiteiten in dit gebied. Over het hier op- en inrichten van een parkeervoorzieningen met voldoende capaciteit wordt al jaren gesproken, maar voorlopig zijn er nog geen stappen in die richting ondernomen..
De kansen dat de Bernhard Kazerne een oplossing kan gaan bieden als het voorterrein maatschappelijk mag worden aangewend, wordt groter met de mogelijke komst van het Museum. Maar op korte termijn is parkeeropvang hier niet te voorzien.
Een voorstadhalte zou een prima mogelijkheid zijn, omdat het mogelijkheden geeft om op verschillende plaatsen op te stappen en auto te parkeren. De vraag is hoe reëel het is deze mogelijkheid binnen 10 jaar te realiseren.
Kijken naar parkeeropvang in een wijdere omgeving van het Dierenpark zal noodzakelijk blijven. (Naast het ingebrachte Sint Louis, zijn er misschien ook nog andere instellingen aan de Daem Fockemalaan, die voor parkeeropvang in aanmerking zouden kunnen komen.)
Parkeren lijkt slechts voor de korte termijn opgelost via gebruik van P&R bij het station en het inzetten van een Berenbus.
Naast het feit dat er nog gekeken zal worden naar de effecten van de pieklocaties, kan de SGLA zich vinden in de voorkeursvariant zoals geschetst, alleen ontbreekt een fasering met tijdsplan die deze variant voldoende zekerheid biedt.
Op welke manier maatregelen getroffen zullen gaan worden om het wildparkeren tegen te gaan, is ons niet duidelijk geworden.
Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA)
Ruimtelijk is als Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA) gekozen voor een uitbreiding zowel ten zuiden als ten westen van het huidige park. Positief in deze voorkeursvariant vindt de SGLA dat in dit alternatief het fietspad gehandhaafd blijft.
Het nieuwe hekwerk komt echter wel heel dicht op het fietspad. Door de directie van het Dierenpark is opgemerkt dat achter dit hekwerk alleen de dienstweg ligt en er geen gebouwen pal naast het fietspad komen te staan. (Dat geldt ten onrechte niet voor het rode vierkant op de kaart (kant BW-laan). Het beeld achter het hekwerk zou dus nog zijn natuurlijke uiterlijk kunnen behouden.. Verder is opgemerkt dat er nog geen definitieve begrenzing van het hekwerk is aangegeven. Meegedeeld is dat de gemeente opdracht heeft gegeven om een ontwerp te maken waarin het fietspad landschappelijk is ingepast. Binnenkort zou dit ontwerp klaar zijn. Voor ons is dit een zwaarwegend punt. Om een uitspraak te doen, had dit ontwerp gelijktijdig met deze MER en Masterplan ter inzage moeten liggen om de keus inzichtelijk te maken. De SGLA verbaast zich over het feit, dat dit (schets-) ontwerp niet gelijktijdig ter inzage is gelegd, omdat dit een van de onderzochte alternatieven zijn en dus al een aantal maanden bekend is. De SGLA vindt dat deze omissie moet worden hersteld, voordat er definitieve besluiten worden genomen.
Conclusie
Het bestuur van de SGLA is van mening, dat als er sprake zal zijn van een uitbreiding, haar voorkeur uitgaat naar een zuid-west variant, maar dat de begrenzing afhankelijk gemaakt moet worden van de landschappelijke inpassing en belevingswaarde van het fietspad.
Voor wat betreft parkeren, blijft dit een probleem, waar het P&R-terrein slechts beperkt de pijn verzacht. De SGLA is van mening dat er zeer voortvarend niet alleen in woord, maar vooral in daad, de aanleg van een parkeervoorziening aan de Middelhoefseweg ter hand genomen moet worden.
Verder gaat de SGLA er vanuit dat de dienstweg wordt gerealiseerd binnen de voorgestelde uitbreiding van 6,5 ha en vindt de SGLA dat compensatie voor het verstoren cq verdwijnen van de natuur, gecompenseerd dient te worden in dit gebied. Te denken valt aan Birkhoven-Noord, maar ook aan het tot stand brengen van een ecologische verbinding elders in de BW-laan, enz.
Op de hoorzitting dd 25 juli zal de SGLA niet aanwezig zijn i.v.m. de zomervakantie.
Met vriendelijke groet,
namens het bestuur van de Samenwerkende Groeperingen Leefbaar Amersfoort
W.R.F. Hupkens van der Elst
R. Norp-Kruiderink