Ingesproken in commissie Beheerzaken op 21 juni 2005 over notitie inzake voortgang proces Binnenstedelijke Vernieuwing Amersfoort (BVA)

Samenhang

Wanneer we kijken naar de samenvatting bij de Woonvisie, dan wordt geconstateerd, dat er veel meer weigeringen zijn dan voorheen. Er wordt aangegeven, dat dit misschien komt door het tekort schieten van kwalitatief woning aanbod. Dit wordt echter niet duidelijk onderbouwd, terwijl dit wel een kernvraag is. Want waarom willen mensen niet in bepaalde wijken wonen? En waarom worden bepaalde woningen geweigerd? Dat is belangrijk om te weten in relatie met de BVA. En daarmee komen we gelijk met het probleem dat de SGLA nog steeds heeft met de BVA. Er ontbreekt een duidelijke visie op de aandachtsgebieden en er is geen duidelijk onderzoek naar de sociale problematiek in deze wijken. Wat zijn oorzaken en welke oplossingen kunnen daarbij gezocht worden.

Zowel Woonvisie als BVA zoeken oplossingen in bouwen, aanbod van woningen en differentiatie van woningaanbod in wijken. Zonder dat het duidelijk is of dat een antwoord is op de sociale problematiek. Juist op dat vlak zou eerst het debat moeten worden aangegaan, want als je niet weet wat de problemen zijn, hoe kan je dan de oplossingen benoemen? Heeft bijvoorbeeld het toegezegde onderzoek in de Horsten hoe tot een meer gedifferentieerde samenstelling kan worden gekomen, al plaatsgevonden? De SGLA vindt dat je op basis van dit soort onderzoeken moet kijken wat mogelijke oplossingen zijn.

Vroeger kon je met behulp van het toewijzingsbeleid sturen in de samenhang in een wijk. Wat voor mogelijkheden zijn er op dit moment, is er onderzoek gedaan naar instrumenten die in andere steden worden benut? Kortom op welke manier kun je voor effectief maatwerk zorgen? Ook is ons niet duidelijk, als je spreekt van een ongedeelde stad, waarom de BVA zich zo concentreert op de aandachtsgebieden en niet ook op andere wijken die hier een rol in kunnen spelen. (bijv. De Berg?). Kortom deze twee nota's zijn eigenlijk niet meer dan een eerste aanzet. Het debat zou nu gevoerd moeten worden op de achterliggende oorzaken en daar kijken wat per aandachtsgebied de oplossingen zou kunnen zijn. Sloop c.q. gedeeltelijke sloop als dit meewerkt aan een oplossing, samenhang van wijken door toewijzingsbeleid, renovatie en vooral aandacht voor de woonomgeving en de leefbaarheid. Inclusief de sociale problematiek, namelijk hoe gaan verschillende groepen in de samenleving met elkaar om.

Nu uitspraken doen over de voorgestelde scenario's lijkt ons dan op dit moment prematuur. Eerst zou het debat door de Raad moeten worden gevoerd over de onderliggende sociale problematiek en mogelijke oplossingen en gevolgen van de verschillende scenario's. En zou moeten leiden tot maatwerk!

Groen en openbare ruimte

Bij de totstandkoming van de woonvisie zijn bijeenkomsten geweest, waarbij o.a. een inleider sprak over het belang van groen dicht bij huis, over kleinschaligheid van buurtvoorzieningen. Deze opvatting staat haaks op wat als onderlegger gebruikt is voor de BVA. Bij de discussie in de Zonnehof over de BVA was een inleider die juist vond dat het groen in de wijk wel kon worden opgeofferd en dat veel openbare ruimte zonde van de ruimte was. Deze twee verschillen van opvatting zijn min of meer ook terug te vinden in de uitwerking van de beide nota's. Het plan van aanpak voor de binnenstedelijke vernieuwing gaat blijkbaar nog steeds uit van de visie, dat openbare ruimte en groen in de wijk overbodige luxe is. We wijzen op de uitspraak dat groenvoorzieningen hier en daar belevingswaarde hebben verloren. Een uitspraak die nergens onderbouwd wordt en door de SGLA ook wordt bestreden. Als er kennelijk zulke tegengestelde opvattingen zijn, lijkt het ons logisch dat deze discussie eerst in de raad gevoerd wordt, voordat zondermeer een visie omarmd wordt.

Het Waterwingebied

De uitspraken over het Waterwingebied in de brief van 28 april stellen ons niet helemaal gerust. Wat wordt bedoeld met het intensieve gebruik in recreatief en sportief opzicht van het waterwingebied? Welke criteria zijn daarvoor, welke kaders stelt de raad hierbij? Is fors recreatief gebruik investeren in wandelgelegenheid, of worden hier ook afgesloten sportvoorzieningen onder verstaan. Blijft dit gebied voor iedereen openbaar toegankelijk? De SGLA zou graag van de Raad hier duidelijke antwoorden op hebben.

Grootschaligheid, financiële samenhang, schaderegeling

In de BVA is aangegeven dat alle projecten met elkaar samenhangen. De SGLA is bezorgd over een dergelijke financi‘le samenhang. Weliswaar wordt niet expliciet gesproken over budgettaire neutraliteit, maar komt er wel dicht bij. Onze zorg is vooral dat er dus steeds gebouwd wordt om het geld te verdienen voor een andere locatie. Met andere woorden, het bouwen staat centraal en geld bepaalt het volume i.p.v. kwaliteit. Dus niet het maatwerk voor de aandachtsgebieden! Geld zal dus steeds het argument worden waarom iets wel of niet moet! Daarmee worden discussies bij voorbaat doodgeslagen. We willen u nog eens wijzen op enkele voorbeelden in de tekst van het BVA.

Tekst onder hoofdstuk 3.6:

In het uitvoeringsprogramma hangen ruimte, programma en financiën nauw samen. Er kunnen alternatieven worden aangedragen, maar deze moeten passen in de totale set van afspraken, met passende dekkingsalternatieven

Tekst onder hoofdstuk 1.3:

De financiële verkenning vormt weer input voor nadere uitwerking van de ruimtelijke en programmatische mogelijkheden

en

Opbrengsten in het ene project maken projecten in andere daarvoor aangewezen aanpakgebieden mogelijk

Tekst onder 2.2:

Daar wordt gesproken over rood voor groen ä als financieringsprincipe, waarbij openbare ruimte en/of groene ruimte wordt bebouwd.

En daaronder:

onbenutte openbare ruimte wordt als rood voor groen strategie gebruikt

Dit zijn allemaal teksten die ons grote zorgen baren!

Voorzitter, de SGLA wil ook graag nog een ander punt onder uw aandacht brengen. In CSG Noord is uiteindelijk een schaderegeling tot stand gekomen voor bewoners die schade lijden door bouw en sloop in hun omgeving. Is er al gedacht aan een dergelijke regeling voor bewoners in gebieden die straks te maken krijgen met binnenstedelijke vernieuwing? De SGLA pleit ervoor om ook in die gebieden met een gemeentelijke schaderegeling te komen.

Afronding

Afrondend, de SGLA, vindt binnenstedelijke vernieuwing waar gewenst, een goede zaak, maar, is nog steeds erg bezorgd over de manier waarop de gemeente hierop inzet. Wij vinden dat de door ons gestelde vragen betrokken moeten worden bij de verdere discussie. Nu beslissen over de beide nota's, die vooral ingaan op fysieke aspecten en niet op de onderliggende sociale problematieke en leefbaarheid, lijkt ons erg prematuur Wij pleiten voor een brede discussie ook met en door de gemeenteraad.