Groen/blauwe Structuur

Inspraakreactie conform artikel 10 inzake Bestemmingsplan Buitengebied West 28 februari 2006

Inspraakreactie conform artikel 10 inzake Bestemmingsplan Buitengebied West

28 februari 2006

Geacht College van Burgemeester en Wethouders,

Hierbij geven wij onze reactie op het Bestemmingsplan Buitengebied West. Allereerst willen wij onze visie geven op dit gebied.

  1. Zeldert, als uitgangspunt de grote landschappelijke, cultuurhistorische en natuurwaarde behouden en versterken. Dit gebied heeft een grote samenhang met de hierna genoemde gebieden.
  2. Weerhorst/Coelhorst, maakt deel uit van Provinciale Ecologische Hoofdstructuur en dient als natuurgebied in stand te worden gehouden. Het is een cultuurhistorisch, landschappelijk en voor natuur bijzonder locatie. Hier dient geen intensieve recreatie te worden bedreven.
  3. Hoogland West, is geen onderdeel van de provinciale EHS, maar geeft hieraan wel ondersteuning. Hoogland West is een integraal onderdeel van het dekzand- en Eemvalleilandschap met cultuurhistorische waarden, en dient het belang van Coelhorst, Weerhorst en Zeldert. De kleinschaligheid dient behouden te blijven.

In deze gebieden past geen nieuwe bebouwing, geen nieuwe landgoederen, een bescheiden recreatief gebruik en zeker geen golfbaan. Recreatief fietsen en wandelen, passen echter wel, waarbij de ecologische waarden bepalend moeten zijn voor de aanleg hiervan. De huidige indeling in het Streekplan geeft hiervoor te weinig garanties. Vandaar dat het erg belangrijk is wat het nieuwe bestemmingsplan hiervan precies zegt. We zijn blij dat het bestemmingsplan wordt geactualiseerd en dat er in dit bestemmingsplan ook aandacht wordt gegeven aan de ecologische waarde van dit gebied. We vinden het goed dat het bestemmingsplan vrij expliciet wordt ingevuld en dat ongewenste ontwikkelingen, die wellicht nu nog wel mogelijk zijn, in het nieuwe bestemmingsplan worden uitgesloten. We vinden het een goede zaak dat nieuwe vestiging van niet agrarische functies niet is toegestaan. We delen de conclusie dat dit zou leiden tot ongewenste verstedelijkingsdruk en verdichting. We hebben wel op een aantal punten opmerkingen, we volgen daarbij de volgorde van het bestemmingsplan.

2.1.4 Natuurwaarden

Uit het onderzoek van Bureau Viridis blijkt dat:

  • Voor Weidevogels geen recent materiaal aanwezig is om de kwantiteit voldoende vast te stellen;
  • Voor Zoogdieren het onderzoek niet recent meer is uitgevoerd en derhalve van onvoldoende kwaliteit en kwantiteit is om uitspraken te kunnen doen;
  • Voor Vleermuizen het dringend noodzakelijk is om onderzoek te doen;
  • Voor Amfibieën met uitzondering van de rugstreeppad, het onderzoek van onvoldoende kwaliteit en kwantiteit is om uitspraken te kunnen doen;
  • Voor Libellen het onderzoek van onvoldoende kwaliteit en kwantiteit is om uitspraken te kunnen doen;
  • Voor Sprinkhanen het onderzoek van onvoldoende kwaliteit en kwantiteit is om uitspraken te kunnen doen;

In het bestemmingplan worden echter wel uitspraken gedaan, waarbij wordt aangegeven dat het gebied voor sommige soorten van gering belang is. (blz. 14). Het komt ons vreemd voor, als er onvoldoende onderzoek is gedaan, om dan toch dit soort uitspraken te doen. De SGLA is van mening dat nader onderzoek moet worden gedaan naar nog ontbrekend materiaal om het inzicht verder te verbeteren.

De SGLA vraagt ook aandacht voor het voornemen om zoveel mogelijk ongebruikte schuurtjes e.d. te slopen. Vanuit een landschappelijk oogpunt is dat prima, maar dit zijn ook vaak plekken waar zwaluwen, steen- en kerkuilen nestelen. Op dit moment wordt een poging gedaan om in het Eemland een werkgroep Zwaluwen en Uilen op te richten. We vragen de gemeente om gezamenlijk met die groep naar de beste oplossingen te zoeken.

2.3.5 Recreatie

De tracés voor de fietspaden. De SGLA vindt dat het fietspad langs de Eem vanaf de Bunschoterstraat snel moet afbuigen naar de Coelhorsterweg. En een coachpad in het verlengde daarvan vinden we zeer ongewenst, om twee redenen. Ten eerste leidt dit tot verstoring van het rustgebied van het wild in het gebied Weerhorst/Coelhorst, en ten tweede nodigt het de fietser uit om het coachpad te volgen en dan is het nog maar een klein stukje over het wandelpad tot de nieuwe fietsbrug naar Soest, zodat feitelijk een bijna geheel doorlopende fietsroute ontstaat. Dit gaat ten koste van de rust in dit gebied. Nu is het gebied Coelhorst/Weerhorst nog gesloten voor wandelaars inclusief honden. Bij het open stellen van het gebied kan dit tot problemen leiden voor het wild dat daar zijn rustgebied heeft. Een punt van zorg vormt dan het opgeschrikte wild dat in de Eem kan verdrinken door loslopende honden. Wij vinden dat het gebied verboden zou moeten zijn voor honden of dat het aanlijnen van honden moet worden gehandhaafd. Voor het inpassen van nieuwe fietspaden dient ecologie als uitgangspunt een harde randvoorwaarde te zijn, i.p.v. inpassing in het groen. Zeker nu de Eem is aangegeven als ecologische verbindingszone.

Een ander punt van zorg is de mogelijkheid van recreatie (o.a. golfaccommodaties) die het streekplan biedt in landelijk gebied 1 en 4. (blz. 49 en 53). We gaan er vanuit dat ook hier de uitgangspunten van de Groen Blauwe structuur gelden en niet die van het streekplan. Indertijd is bij de discussie rond de Groen Blauwe structuur de mogelijkheid van een golfterrein in dit gebied uitgesloten. We verzoeken dat nu ook expliciet in de beschrijving van het bestemmingsplan op te nemen.

4. Plansystematiek, met name ontwikkelingskader

In het plan is ten behoeve van een ontwikkelingskader een vrijstelling en wijzigingsbevoegdheid opgenomen. Dit is o.a. bedoeld om de beleidsvisie Groen Blauwe Structuur te realiseren. Op zich zelf dus een goed uitgangspunt. De bevoegdheid is echter bij het College van Burgemeester en Wethouders neergelegd. (artikel 19 van de voorschriften) Hierdoor heeft de Gemeenteraad weinig mogelijkheden om hierop invloed te hebben. Dit is vooral van belang, nu de beleidsvisie nog te veel op hoofdlijnen is uitgewerkt. De Gemeenteraad zou dus op de details nog meer moeten kunnen sturen.  De SGLA stelt daarom voor juist voor uitwerkingen van de groen Blauwe Structuur de vrijstellingsbevoegdheid bij de Gemeenteraad neer te leggen.  Op deze wijze kan de gemeenteraad kritisch het beleid volgen.

Manege

Voorgesteld wordt om de manage aan de Bunschoterstraat de bestemming recreatiebedrijf te geven, in de begripsbepalingen komt echter een dergelijke omschrijving niet voor. Het is dus onduidelijk of deze manage nu ook andere bedrijfsmogelijkheden krijgt. Op de plankaart is deze als Manage ingedeeld, met de mogelijkheid van Horeca-C.  Wat voor mogelijkheden krijgt dit bedrijf nu precies? En waarom is specifiek voor deze Manage een wijzigingsbevoegdheid voor het College van Burgemeester en Wethouders opgenomen.(artikel 9.6). Op blz. 82 wordt verwezen naar de mogelijkheid om activiteiten van Eemfors en RWA hier naar toe te verplaatsen. Welke activiteiten worden hier bedoeld? Wij maken ons bezorgd dat hier impliciet mogelijkheden voor andere activiteiten wordt geschapen.

Wijziging naar Landgoed

De SGLA is het eens met het feit dat er geen locaties voor nieuwe landgoederen zijn opgenomen conform de uitgangspunten van de Groen Blauwe structuur. Wel vragen wij ons af of middels de wijzigingsbevoegdheid niet impliciet toch mogelijkheden worden geboden. Bijvoorbeeld door de Ruimte voor Ruimte regeling, dan wel andere regelingen. Zeker gezien het feit dat het streekplan daar wel mogelijkheden voor ziet. De opmerkingen op blz. 49 (verwijzing landelijk gebied 3) stellen ons niet helemaal gerust. Ook op blz. 50 in de paragraaf over de Ecologische Hoofdstructuur zijn te ruime begripsbepalingen genoemd. Graag vernemen wij hierop een duidelijk en expliciet antwoord.

Bestemmingsbepalingen

Artikel 6 lid 6a maakt het mogelijk dat vrijstelling kan worden gegeven o.a. voor bedrijfsactiviteiten conform de Staat van bedrijfsactiviteiten met categorie 1 en 2. Dit is nogal een vergaande bevoegdheid. Aangezien hiermee wel heel veel mogelijk kan worden gemaakt. We stellen voor deze vrijstellingsbevoegdheid —f niet op te nemen —f in handen te leggen van de Gemeenteraad, zodat maatschappelijke toetsing en controle beter gewaarborgd is.

Voor een toekomst van de landbouw als drager van het cultuurhistorische en kleinschalige landschap is het belangrijk dat de mogelijkheden voor niet-agrarische nevenactiviteiten (verbrede landbouw) worden verruimd. De huidige voorschriften bieden nu voor horeca en ijsverkoop ruimte op de boerderij tot 50 m2 meter, inpandig en uitpandig samen. Wij vragen ons af of dit commercieel interessant genoeg is voor een boer. We stellen voor hier nog eens naar te kijken.

Artikel 19 lid1 c. Hierbij wordt in de wijzigingsbevoegdheid geregeld dat noodzakelijke bebouwing voor functies in het kader van agrarisch gebied met recreatieve functie en het Landschapspark mogelijk worden. In het artikel wordt echter niet geregeld wat voor noodzakelijke bebouwing is en worden ook geen beperkingen aangegeven. We zouden dan ook dit artikel graag geschrapt zien, dan wel beter onderbouwd. We verwijzen overigens naar eerdere opmerkingen, dat wij deze wijzigingsbevoegdheid liever in handen zien van de Gemeenteraad.

Artikel 19 lid 3 b Hierbij wordt aangegeven dat een waardevol pand/complex op de plankaart kan vervallen als uit onderzoek blijkt dat het betreffende pand niet gehandhaafd kan worden. Met de sloop van het Spijkertje in gedachten vinden wij een dergelijke bepaling wel heel vaag. Indien een eigenaar het waardevolle pand/complex niet goed beheert, kan al snel blijken dat iets niet meer te handhaven is en al snel op dit artikel een beroep kan worden gedaan. We verzoeken dan ook dit artikel te schrappen.

Tot slot constateren wij dat op diverse plaatsen in het bestemmingsplan de Coelhorsterweg en Coelhorsterlaan door elkaar worden gebruikt, we verzoeken u het bestemmingsplan hierop nog eens goed na te lezen en de juiste benamingen in plan op te nemen. Voor de punten zoals genoemd vragen wij uw aandacht en hopen dat deze bezwaren worden gehonoreerd en u het bestemmingsplan hierop zult willen aanpassen.